
Video-instellingen
U kunt twee soorten instellingen gebruiken voor de
videorecorder: videorecorderinstellingen video-
instellingen. Zie ‘Video-instellingen’ op pagina 26 als u de
videorecorderinstellingen wilt wijzigen. Als u de camera
sluit, worden de standaardvideorecorderinstellingen weer
hersteld, maar de video-instellingen blijven hetzelfde tot
u deze weer wijzigt. Als u de video-instellingen wilt
wijzigen, selecteert u
Opties
>
Instellingen
en maakt u
een keuze uit de volgende opties:
Geluidsopname
— Kies
Aan
om zowel beeld als geluid op
te nemen.
Videokwaliteit
— Stel de kwaliteit van de videoclip in op
Hoog
,
Normaal
of
Delen
. Als u
Hoog
of
Normaal
kiest,
wordt de lengte van de video-opname beperkt tot de
beschikbare ruimte op de geheugenkaart (indien
geplaatst) en tot maximaal één uur per clip. Als u de
videofilm op een compatibele tv of pc wilt bekijken, kiest
u de videokwaliteit
Hoog
. U hebt dan een CIF-resolutie
(352x288) en de bestandsindeling .mp4. Videoclips in
een .mp4-indeling kunnen niet als multimediabericht
worden verzonden. Als u de videoclip op een compatibel
mobiel apparaat wilt bekijken, selecteert u de kwaliteit
Normaal
, zodat u een QCIF-resolutie (176x144) en de
bestandsindeling .3gp hebt. Als u de videoclip via MMS
wilt verzenden of wilt delen, selecteert u
Delen
(QCIF-resolutie, bestandsindeling .3gp). Zie ‘Videobeelden
delen (netwerkdienst)’ op pag. 60. Deze videoclips kunnen
maximaal 300 kB groot zijn (een lengte van ongeveer 20
seconden). U kunt ze dan eenvoudig als multimediabericht
verzenden naar een compatibel apparaat. Het kan zijn dat
in een aantal netwerken alleen het verzenden van
multimediaberichten met een maximumformaat van 100

Camera
28
Copyright © 2006 Nokia. All rights reserved.
kB wordt ondersteund. Neem voor meer informatie
contact op met uw serviceprovider.
Naar album
- Kies
Ja
als u de opgenomen videoclip wilt
opslaan in een bepaald album in
Galerij
.
Opgen. video tonen
- Kies
Uit
als u videoclips direct na
elkaar wilt opnemen. De video's worden na opname niet
afgespeeld en de videorecorder kan weer worden
gebruikt.
Standaardnaam video
- Kies
Datum
of
Tekst
als
standaardnaam voor opgenomen video's.
Gebruikt geheugen
- Geef op welke geheugenopslag u
wilt gebruiken: het geheugen van het apparaat of een
geheugenkaart.